Nieuws

Voedselleveranciers hoeven niet meer alle boontjes zelf te doppen
01 Nov 2021
Voedselleveranciers hoeven niet meer alle boontjes zelf te doppen
Voedselleveranciers hoeven niet meer alle boontjes zelf te doppen

Op 1 november 2021 is de Wet oneerlijke handelspraktijken landbouw- en voedselvoorzieningsketen in werking getreden. Het doel van deze wet is om de positie van voedselleveranciers, zoals boeren, tuinders en zuivelproducenten, te versterken tegenover grotere afnemers in de keten, zoals supermarkten. De wet biedt leveranciers bescherming met een verbod op oneerlijke handelspraktijken. Oneerlijke handelspraktijken zijn bijvoorbeeld een te lange betaaltermijn, een last-minute annulering van een bestelling en een eenzijdige wijziging van de voorwaarden. De wet geldt direct voor nieuwe contracten tussen leveranciers en afnemers. Bestaande contracten moeten per 15 april 2022 aan de wet voldoen. De ACM ziet toe op naleving van deze wet en kan bij overtreding hoge boetes opleggen. Voor geschillen kunnen leveranciers zich vanaf 1 januari 2022 wenden tot de Geschillencommissie

Scheve machtsverhoudingen

Alleen leveranciers die kleiner zijn dan hun afnemer kunnen een beroep op de wet doen. Op de website van de ACM is onderstaande tabel met omzetdrempels opgenomen.

Leverancier met een omzet van…   geniet bescherming tegen een afnemer met een omzet van:
     
     
Minder dan 2 miljoen
euro
  meer dan 2 miljoen euro
Tussen de 2 miljoen en
10 miljoen euro
  meer dan 10 miljoen euro
Tussen de 10 miljoen
en 50 miljoen euro
  meer dan 50 miljoen euro
Tussen de 50 miljoen
en 150 miljoen euro
  meer dan 150 miljoen euro
Tussen de 150 miljoen
en 350 miljoen euro
  meer dan 350 miljoen euro

 

Verboden handelspraktijken

De wet verbiedt bepaalde handelspraktijken en kent daarbij een onderscheid tussen praktijken die altijd verboden zijn en praktijken die verboden zijn, tenzij daarover vooraf tussen partijen overeenstemming is bereikt.

Altijd verboden

Op grond van artikel 2 van de wet handelt een afnemer onrechtmatig als hij:

  • de leverancier te laat betaalt (30 dagen voor bederfelijke producten en 60 dagen voor niet-bederfelijke producten)
  • een bestelling laat annuleert  
  • de voorwaarden of het contract eenzijdig wijzigt
  • van de leverancier betalingen verlangt die geen verband houden met de verkoop van de producten van de leverancier
  • de leverancier dwingt te betalen voor verspilling van producten (verlies of bederf bij de afnemer)
  • weigert de voorwaarden schriftelijk aan de leverancier te bevestigen
  • bedrijfsgevoelige informatie van de leverancier onrechtmatig heeft verkregen, gebruikt of openbaar maakt
  • dreigt met of overgaat tot commerciële vergeldingsmaatregelen, bijvoorbeeld de-listing, geen actie-aanbiedingen, geen communicatie of vernieuwingen, als de leverancier zijn contractuele of wettelijke rechten uitoefent
  • de leverancier laat betalen voor onderzoek naar klachten van klanten

Verboden tenzij

De volgende handelspraktijken zijn op grond van artikel 3 van de wet verboden, tenzij daarover vooraf tussen de leverancier en afnemer overeenstemming is verkregen. Een afnemer handelt onrechtmatig als hij:

  • onverkochte producten zonder betaling retourneert
  • van de leverancier een vergoeding verlangt voor de opslag, de uitstalling of de opname in het assortiment van zijn producten
  • van de leverancier verlangt dat hij alle of een deel van de kosten draagt van kortingen voor producten die in het kader van een promotieactie door de afnemer zijn verkocht
  • van de leverancier verlangt dat hij betaalt voor het maken van reclame voor de producten
  • van de leverancier verlangt dat hij betaalt voor de marketing van de producten
  • van de leverancier verlangt dat hij personeel betaalt voor de inrichting van de ruimten die voor de verkoop van de producten van de leverancier worden gebruikt

Om te kunnen profiteren van de “tenzij-clausule”, moeten deze handelspraktijken vooraf helder en ondubbelzinnig schriftelijk overeen zijn gekomen.

Handhaving ACM

De ACM ziet toe op de naleving van deze wet. Dat kan de ACM doen door middel van ambtshalve onderzoek of naar aanleiding van een melding of tip over een mogelijke overtreding. Bij overtreding van de wet kan de ACM een boete opleggen van €900.000,– of, als dat meer is, 10% van de omzet. Ook kan de ACM een last onder dwangsom opleggen.

Voor het indienen van een klacht door een leverancier heeft de ACM een apart formulier  opgesteld. Bij de ACM kan ook een anonieme klacht worden ingediend.

Geschillencommissie

Daarnaast kunnen leveranciers vanaf 1 januari 2022 een geschil met een afnemer voorleggen aan de Geschillencommissie. Dit is een civielrechtelijke procedure. De Geschillencommissie doet een bindende uitspraak en kan daarnaast een schadevergoeding toekennen. Ook bij de Geschillencommissie kan de leverancier een anonieme klacht indienen.

Ingangsdatum

De wet geldt per 1 november 2021 voor nieuwe overeenkomsten. Voor bestaande overeenkomsten geldt dat deze uiterlijk 15 april 2022 in overeenstemming met de wet moeten zijn. Leveranciers en afnemers moeten er dus voor zorgen dat hun overeenkomsten worden aangepast indien deze overeenkomsten clausules in strijd met de wet bevatten. Uiteraard geldt deze verplichting alleen als voldaan is aan de omzetdrempels.  

Slot

Leveranciers kunnen zich in onderhandelingen met afnemers beroepen op de wet. Bepaalde praktijken van afnemers zijn voortaan verleden tijd. Beweegt een afnemer niet mee, dan kan de leverancier naar de ACM of de Geschillencommissie stappen. Gelet op eerdere acties van de ACM in de agrarische sector is het te verwachten dat de ACM zich zeer actief zal opstellen. Dat de ACM een klachtenformulier voor leveranciers heeft gepubliceerd kan worden gezien als een aanmoediging om klachten in te dienen.

De advocaten van TREBLE zijn gespecialiseerd in het begeleiden van procedures bij en tegen de ACM. Voor vragen of hulp zijn zij graag beschikbaar.  

Alt Text!